“Book Descriptions: De hand waarmee Katie de telefoon vasthield, was klam en haar vingers gleden weg terwijl ze gejaagd de toetsen indrukte. "Er loopt iemand om ons huis." Katie struikelde over haar woorden. "Oké, oké," reageerde de telefonist van de alarmcentrale vermoeid. "Ik maak er wel een notitie van." Voor Katie nog iets kon zeggen, verbrak hij de verbinding. Katie duwde het gordijn een stukje opzij om te zien of er iemand in de tuin was. Ineens klonk er een schot. Bliksemsnel liet Katie zich op de vloer vallen met haar armen over haar hoofd. Ze bleef als versteend liggen. Algauw begreep ze dat ze hier niet kon blijven. Ze moest iets doen. Bevend stommelde Katie overeind, wankelde naar de telefoon en wilde de herhaaltoets indrukken. Maar ook in de hoorn was het doodstil. Geen zoemtoon meer. Ze was van iedereen verlaten.” DRIVE